Wanneer ik zwanger ben, krijgen mijn hormonen overal de schuld van. Niet zozeer door mijzelf maar door mijn lief. Als ik het ergens niet mee eens ben; zijn het de hormonen die spreken. Als ik achter het stuur zit en vloek vanwege asociale medeweggebruikers, ligt dat aan mijn hormonen. Ergens zal daar best een kern van waarheid in zitten, maar eerlijk is eerlijk, ook als ik niet zwanger ben, ben ik het vaak oneens met lief, of vloek ik in de auto…
Wat me opvalt is dat ik ongelooflijk geraakt kan worden door dingen. Geen kleine dingen, zoals audities in The Voice (alhoewel…), maar door grote dingen. Ik zag zojuist een foto op mijn Facebook tijdlijn voorbij komen van een fotografe die in tranen een uitgemergeld kindje vastlegt, en onmiddellijk stokt mijn adem in mijn keel. Ik blijf een poosje naar de foto staren en vraag me af in wat voor wereld ik binnenkort mijn derde kind ga opvoeden. Ik voel een enorme behoefte om het kind van de foto te knuffelen en te voeden. Om het te overladen met liefde en om het voor eeuwig een veilige arm om de schouder te leggen. Ik wil hetzelfde doen voor alle andere kindjes die nét niet op de foto staan. Kom maar in ons huis wonen. Allemaal.
Ik weiger om mijn zwangerschapshormonen de schuld te geven van deze gevoelens, al lijkt het wel alsof ik sinds mijn zwangerschap veel meer van dit soort berichten zie. Is dat omdat ik met mijn oergevoel veel meer bezig ben met kinderen (krijgen), of omdat het leed in de wereld elke dag toeneemt?
De dagelijks voortdurende discussie of er wel of geen asielzoekers in ‘ons’ land toegelaten moeten worden, de beelden van verdronken mensen en rijen wachtende gezinnen voor kilometers prikkeldraad, hebben ertoe geleid dat ik het journaal niet meer kan kijken. Wie denken wij in godsnaam dat we zijn? Mannen, vrouwen en kinderen zoeken veiligheid en hulp. HOEZO moet er overlegd worden OF we dat WILLEN bieden? Je zal er maar staan.
Nou ben ik niet het type wereldverbeteraar dat elke petitie over mensenrechten ondertekent. Ik geef weinig of niets aan (niet: om) goede doelen en ik kan me dagelijks evengoed bezighouden met welke kleur sneakers mijn dochter van twee deze zomer moet krijgen. Hypocriet? Ik denk dat het me realistisch maakt. Ik besef dat het ‘toelaten’ van duizenden vluchtelingen veel praktische problemen met zich meebrengt. Ik begrijp niet waarom we ons daarom niet veel meer (op wereldniveau) bezig houden met de vraag HOE we dat gaan doen, in plaats van OF. En ik begrijp niet waarom we dat ‘HOE’ niet al doende ontdekken, om te voorkomen dat langdurende bureaucratische beslissingen mensenlevens kosten.
Dat er mensen zullen zijn die misbruik maken van geboden kansen zie ik als geen enkel bezwaar om vandaag nog te beginnen met oplossen. Sterker nog, ik denk dat het heel begrijpelijk en natuurlijk is dat dat gebeurt. Ik denk ook dat het goed is dat dat gebeurt. Want pas als iedereen voelt dat ‘ie er mag zijn, dat de wereld van ons allemaal is, zal het vanzelfsprekender worden dat de wereld van vandaag: met uitgemergelde kindjes, verdronken vluchtelingen en al het ander ondraaglijke leed wat het journaal vervuilt, de meest onnatuurlijke keuze is die we met zijn allen kunnen maken. En ik wens vurig dat we dat met z’n allen inzien (en er naar handelen) vóór mijn derde kindje geboren wordt. Niet omdat ik bang ben dat met mijn hormonen deze gevoelens zullen verdwijnen, maar omdat ik wens dat mijn kinderen later graag naar het journaal kijken.
0 reacties